Boosters voor jongeren: andere landen zijn ons voor

De Nederlandse Gezondheidsraad vindt dat er geen medische of wetenschappelijke redenen zijn om jongeren van twaalf tot zeventien jaar een herhalingsvaccinatie tegen COVID-19 te geven. In een aantal andere landen wordt dit al gedaan. Wat zijn de redenen die deze landen aanvoeren voor het geven van boosterprik, en waarom heeft de Wereldgezondheidsorganisatie anders besloten?

In België, Frankrijk, Duitsland en Italië worden boosters beschikbaar gesteld voor jongeren. Volgens deskundigen in deze landen biedt het vaccin een betere bescherming tegen ernstige ziekten en wordt het risico van verspreiding van het virus tot een minimum beperkt. Bovendien steunen zij voor een deel op Amerikaanse adviezen.

De Amerikaanse Food and Drug Administration heeft bepaald dat de voordelen van een opkikkerdosis groter zijn dan de gevaren voor de gezondheid van jongeren. De FDA baseerde haar besluit gedeeltelijk op gegevens uit Israël, waar al boosterprikken aan kinderen werden gegeven. Op advies van zijn eigen Ministerie van Volksgezondheid had Israël ervoor gekozen dit te doen.

Het Israëlische ministerie van Volksgezondheid geeft echter toe dat “het bewijs voor het effect van boosters bij de adolescenten onvoldoende is“, aldus de Gezondheidsraad.

Andere EU-landen hebben echter naar aanleiding van het advies van de FDA besloten kinderen een opfrisprik te geven. Zij deden dit nog voordat het advies van het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) bekend werd gemaakt. Ook de Nederlandse Gezondheidsraad vermeldt dit in zijn advies: boosterprikken voor jongeren op deze leeftijd zouden off-label zijn.

De Nederlandse specialisten waren verplicht vandaag hun eigen oordeel te geven, omdat zij al in december een verzoek om advies van de regering hadden ontvangen. Het is van cruciaal belang te onthouden dat dit slechts een advies is; het kabinet kan anders besluiten.

De Raad Volksgezondheid heeft vrijdag, in tegenstelling tot de FDA, bepaald dat er thans geen medisch-wetenschappelijke redenen zijn om een opkikkerinjectie aan te bieden. De reden hiervoor is dat deze zeer weinig voordelen voor de gezondheid heeft.

Bij volwassenen blijkt uit onderzoek dat infectie met de omikron-variant van het coronavirus 40 tot 60 procent minder kans op ziekenhuisopname oplevert dan infectie met de delta-variant van het virus.

Hoewel er nog niet veel gegevens over adolescenten zijn, blijkt uit een voorlopige studie dat de percentages vergelijkbaar zijn. Zij lopen dus al een laag risico om in het ziekenhuis te belanden.

Primaire immunisaties houden volgens de Raad een risico op myocarditis in. Dit is een aandoening waarbij de hartspier ontstoken raakt. Men denkt dat deze bijwerking vooral jonge jongens treft. Er is op dit moment geen informatie over het risico op myocarditis na het krijgen van een boosterprik. De Gezondheidsraad waarschuwt echter om geen risico te nemen vanwege de beperkte gezondheidsvoordelen van een boosterprik bij jonge mensen.

Volgens de Nederlandse Gezondheidsraad heeft een prikverhoging minimale indirecte gezondheidsvoordelen. Eenzaamheid of geestelijke gezondheidsproblemen als gevolg van lockdowns en quarantaineregels zijn voorbeelden. Toch wijst de raad erop dat “veel beperkende maatregelen zijn afgeschaft“.

Daarom raden artsen aan de boosterprik te beperken tot jonge mensen met een ernstig probleem met het immuunsysteem en jonge mensen die kwetsbare familieleden hebben. Zij kunnen de extra prik krijgen na overleg met een kinderarts, bijvoorbeeld.

Volgens het RIVM gaat het om gezinsleden die tot een risicogroep behoren:

  • Personen die zeventig jaar of ouder zijn
  • Personen die door een longarts worden behandeld voor persisterende ademhalings- of longmoeilijkheden
  • Bijgevolg komen patiënten met een chronische hartziekte in aanmerking voor een griepvaccinatie.
  • Mensen met diabetes en problemen ten gevolge van slechte absorptie
  • Mensen met nieraandoeningen die dialyse ondergaan of in afwachting zijn van een niertransplantatie
  • Personen met verminderde infectieweerstand als gevolg van drugsgebruik
  • Mensen met HIV die (nog) geen medische behandeling krijgen
  • Volwassenen met levercirrose
  • Volwassenen met overgewicht
  • Mensen met het syndroom van Down als volwassenen

Volgens het aanbevelingsrapport van de Gezondheidsraad neemt de effectiviteit van de boosterinjectie na drie maanden dramatisch af. Na die periode ben je nog voor 25 tot 40 procent beschermd tegen een hartinfectie met symptomen. Twee tot vier weken na de boosterprik bent u nog voor 50 tot 75 procent beschermd.

Bovendien blijkt uit onderzoek in de Verenigde Staten en Engeland dat na drie maanden aanzienlijk minder ziekenhuisopnames worden vermeden: 75% tegen 90% aanvankelijk. Het roept de vraag op waarvoor boosterinjecties zouden moeten worden gebruikt. “Boosterimmunisatie zou volgens de commissie niet als primair doel hebben de voortplantingskans te verlagen“, vervolgt zij.

Het RIVM heeft verklaard weinig te weten over het effect van booster-immunisaties op de omikron coronavirusstam. Verder wijzen alleen cijfers erop dat de boosterinjectie iets beter beschermt tegen ziekenhuis- en IC-opnames als gevolg van infectie met de deltavariant dan de basisdosis.

Laat hieronder uw mening weten

Corona-teller.nl heeft geen verstandhouding met overheidsinstanties als GGD, RIVM of andere teststraten genoemd in artikelen en links. Dit is een ongebonden website met een eigen redactie